HET DRAMA VAN DE SNOW CRUISER

Richard E. Byrd en Dr. Thomas C. Poulter hadden het plan opgevat met een speciaal voertuig de Zuidpool te verkennen. Na goedkeuring hadden zij amper zes maanden de tijd om een enorm voertuig te ontwerpen en te laten bouwen. Niet  alleen bedoeld om materiaal en proviand te vervoeren maar ook als onderkomen voor de 5 expeditieleden.

De Pullman Company in Chigaco bouwde het voertuig en de afmetingen waren kolossaal: 17 meter lang, 6 meter breed en een hoogte van 4,9 meter. De wielen (met speciaal door Goodyear ontwikkelde ballonbanden) hadden een hoogte van 3 meter en in theorie moest het gevaarte daarmee niet wegzakken in de sneeuw en zo min mogelijk weerstand ondervinden.

In de machinekamer (!) stonden twee 6-cilinder Cummins HBI-600 diesels met 150 pk, ieder om generatoren aan te drijven. Ieder wiel had een 50pk naafmotor van General Electric. Door de glad afgewerkte bodem  kon, in theorie, een 4,5 meter brede kloof overbrugd worden. In de top bevond zich de bestuurderscabine/radiokamer/uitkijkpost en onderin de personeelsruimte, slaapgelegenheid en keuken. Op z’n rug droeg het  een Beechcraft Staggerwing om vanuit de lucht foto’s te maken.

Op 24 oktober 1939 was de Snow Cruiser  gereed maar tijd voor testritten was er niet meer. Noodgedwongen vonden die plaats tijdens de ruim 1600 km lange  rit van Chicago naar de marinehaven in Boston. Vanaf dag 1 werd het ‘monster op wielen’ geplaagd door mankementen en kwamen er de nodige tekortkomingen aan het licht die, door tijdgebrek, niet meer verholpen komen worden.

Op 15 november 1939 kon de USS Northstar met aan boord de Snow Cruiser eindelijk uitvaren om 39 dagen later aan te komen in de Walvisbaai op Antarctica alwaar het voertuig met veel pijn en moeite  op vaste bodem gereden kon worden. Al direct bij de eerste rit p de pool, bleek dat de Snow Cruiser eigenlijk een mislukt project was. Na nog geen kilometer waren de naafmotoren ernstig oververhit en herhaaldelijk liep men vast in de losse sneeuw. De ballonbanden hadden geen enkele grip en pas na montage van de reservewielen op de al bestaande wielen en met zelfgemaakte sneeuwkettingen kon men enigszins vooruitkomen.

En ook aan dat vooruitkomen kwam op gegeven moment een eind, want op het laatst kom men alleen nog achteruit rijdend (148 km lang) het basis kamp bereiken.

Het voertuig raakte daarna zo diep in de sneeuw dat het opgegeven moest worden en kon het alleen nog als basiskamp dienen. Inmiddels was de oorlog uitgebroken en werd aan de expeditie nauwelijks nog aandacht besteed.

Pas in 1948 werd het voertuig door een nieuwe expeditie teruggevonden, volledig ondergesneeuwd. Wel bevatte het interieur nog allerlei materiaal, sigaretten en een dagboek; dit alles is meegenomen en bewaard gebleven. In 1953 werd de Snow Cruiser herontdekt;  alleen aan een bamboestok kon men de locatie terugvinden. De ploeg heeft daarop tunnels gegraven naar de deuren en geloof het of niet, het voertuig zou nog bruikbaar zijn. Tenminste, als het volledig vrijgemaakt kon worden en de banden opgepompt konden worden, maar dat vond men te veel moeite en zo werd de Snow Cruiser (inmiddels tot kamp Little America III) genoemd aan zijn lot overgelaten. Ook bleek het geheel op een ijsschots te staan die zich in de jaren ‘60 los had gemaakt van het vaste land en de oceaan opdreef.

Konden ijsschotsen niet zo goed tegen en vermoedelijk heeft dit unieke poolvoertuig een zeemansgraf gekregen.

Maar nu de vraag: zijn daar ook modellen van ? Nou en of !

Voor zover wij konden achterhalen is er in ieder geval een Lego versie van; meer info op https://ideas.lego.com/projects/46670

En een nog uitgebreider verslag over de Snow cruiser vindt u in Transmobiel van dec/jan 2015/2016

IFrame

Bericht auteur: Modelauto

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *