Een hele mond vol, maar we praten hier over een nieuw model van Autocult in 1/43.
Het was bondskanselier Konrad Adenauer die in de jaren ‘50 betrokken raakte bij de intriges tussen tussen de twee Duitse autobedrijven BMW en Mercedes-Benz. De eerste bondskanselier van Duitsland beschikte over de Mercedes-Benz 300, maar BMW wilde natuurlijk ook wel leveren.
Bij BMW in München werd op korte termijn het chassis van de 502 ingezet waarbij de wielbasis verlengd werd tot ruim drie meter. De reden voor deze ingreep lag in het interieur, waar een enorme scheidingswand werd aangebracht tussen de voorstoelen en het achterste gedeelte. Het ingebouwde raam kon elektro-hydraulisch worden neergelaten en als het raam omhoog was, konden de bestuurder en de passagier achterin via een intercomsysteem met elkaar praten. Het was vanaf het begin duidelijk dat bij het ontwerp van de auto de achterkant de meeste aandacht vergde, omdat Konrad Adenauer zijn goedkeuring moest geven, wilde de Mercedes-Benz vervangen worden door een BMW.
Het negatieve eindoordeel over de auto uit München stond al na de tweede testrit vast. Dit betekende tegelijkertijd het definitieve einde van een mogelijke staatslimousine uit München.
Hoewel de lobbypogingen van Mercedes een einde maakten aan de BMW, werd de Beierse stijl objectief gezien in zijn nieuwe genre als zeer geslaagd beschouwd. Binnenin was het stiller dan in de Mercedes-Benz en de vermogensontwikkeling van de 3,2-liter V8-motor met 120 pk was harmonieuzer dan die van de zescilindermotor. Om het gewicht te beperken, werden de motorkap en het kofferdeksel van aluminium gemaakt. De stalen carrosserie werd in München ontworpen, maar BMW gaf de fabriek van Ghia Aigle in het Zwitserse Lugano de opdracht om deze te produceren.